Tekst Pieter Verbeek
Foto IBDS
Hoe kunnen data maatschappelijke opgaven verder helpen? Daarover ging het derde IBDS Café op 26 september in de Winkel van Sinkel in Utrecht. Zo’n zestig deelnemers van verschillende overheden bogen zich over hoe je succesvolle datamethoden ook kunt inzetten voor andere domeinen. Want dat is één van de zaken die de IBDS oplevert: herbruikbare bouwstenen voor meerdere domeinen en maatschappelijke opgaven. Twee succesvolle methodes stonden centraal.
Jeroen Schuuring, programma Realisatie IBDS, opent het Café met een presentatie waar we als IBDS staan, wat we doen en hoe we dat doen. “Vanuit de IBDS hebben we de overtuiging dat de samenleving erop vooruitgaat bij verantwoord datagebruik.”
Waar de eerdere edities van het IBDS Café in het teken stonden van andere onderdelen van het programma, zoals de Adviesfunctie verantwoord datagebruik (‘Wat mag’) en het Federatief Datastelsel (‘Wat kan’) stond deze in het teken van ‘Wat inspireert’, legt Schuuring uit. Daarom kijkt hij met zijn collega’s of en hoe bestaande methoden om interbestuurlijk op een verantwoorde manier data te gebruiken ook binnen andere maatschappelijke opgaven toegepast kunnen worden. “We zorgen dat deze herbruikbare bouwstenen via het IBDS Kenniscentrum worden ontsloten. De IBDS faciliteert. We zijn geen eigenaar van een vraagstuk, maar kijken welke kennis en ondersteuning er nodig zijn. Daarbij bieden we anderen handelingsperspectief.”
Grote maatschappelijke opgaven
De IBDS werkt mee binnen aantal grote, complexe opgaven: wonen, stikstof/natuurbeheer en armoede en schulden. Dat zijn opgaven met heel veel betrokkenen en veel belangen. “Met de betrokken interbestuurlijke partners kijken we waar de meeste kansen liggen en of overheden met elkaar verder willen op het gebied van datagebruik. Aan de hand van een datavraagstuk komen we dan tot een use case waar we samenwerken, om met verantwoord gebruik van data een bepaald vraagstuk binnen een maatschappelijke opgave te helpen oplossen. Soms zetten we een vraag door naar de Adviesfunctie verantwoord datagebruik als het om een specifieke juridische vraag gaat. Soms is het nodig een Datadialoog te organiseren om ethische aspecten met elkaar door te nemen. Uiteindelijk leidt dit tot zogenoemde systeemfuncties: herbruikbare methoden en technieken voor verantwoord datagebruik die ook voor andere domeinen/maatschappelijke opgaven gebruikt kunnen worden. Dat is de legacydie IBDS straks achter laat.”
Wonen
Per maatschappelijke opgave doet de IBDS dit traject samen met interbestuurlijke partners. Voor wonen sluiten we aan op de Nationale Bouw- en Woonagenda zoals die door Hugo de Jonge is gelanceerd. We werken samen met onder meer BZK, VNG, IPO, CBS, Waterschappen, Kadaster, maar ook bijvoorbeeld woningbouwcoöperaties en regio’s waar woondeals zijn gesloten. Het datavraagstuk bij deze opgave is hoe te komen tot een gedeelde informatiepositie voor de woonopgave. Vanuit die informatiepositie kunnen alle betrokken organisaties dan met dezelfde data hun deel van de maatschappelijke opgave invullen. Om daar te komen wordt gekeken naar een samenwerkingsaanpak, net zoals voor de Energietransitie is gedaan: VIVET.
Schuuring: “Tegelijk met het toepassen van de VIVET aanpak voor Wonen, kijken we ook hoe we deze methode goed kunnen beschrijven zodat het generiek beschikbaar komt voor ook andere maatschappelijke opgaven.”
Armoede en schulden
Bij armoede en schulden sluiten we aan op de agenda Aanpak geldzorgen, armoede en schulden van demissionair minister Carola Schouten, en is er samenwerking met SZW en BZK maar ook gemeenten, deurwaarders en heel veel anderen. Het datavraagstuk dat met partners geselecteerd is betreft Schuldpreventie. Informatie daarvoor is versnipperd en niet voor iedereen toegankelijk. Zo ontbreekt integraal inzicht en is de kwaliteit van data niet altijd voldoende. Ook zijn data van vrijwilligersorganisaties bijvoorbeeld vaak niet voor de overheid beschikbaar. “We sluiten hierbij aan bij de methode van Zicht Op, bewezen voor Zicht op Ondermijning”, licht Schuuring toe. “Ook hier kijken we of (onderdelen van) de methode generiek ontsloten kunnen worden. Deze bestaande methoden hebben ons geïnspireerd om ze opnieuw te gebruiken. Hopelijk inspireren die voorbeelden jullie ook.”
Zicht op Ondermijning
Wat die Zicht op-methode precies is, legt Toine Dam (ICTU) uit. Het begon met de City Deal Zicht op Ondermijning in 2017. Een coalitie van 22 partners sloot een convenant onder de City Deal om inzichten uit grote databestanden, gericht op het voorkomen van Ondermijning, met analyses tot op wijk- en buurtniveau, vorm te geven. Eind 2019 live ging het dashboard live. Op basis van data kun je daarmee voorspellingen doen, bijvoorbeeld hoeveel jonge aanwas op buurtniveau het risico loopt in de criminaliteit terecht te komen, maar ook problemen met drugs of welke kwetsbare branches gevoelig zijn voor geld witwassen. “Stakeholders komen met een vraag bij ons. Met de data geven wij inzicht, waarmee zij dan lokaal aan de slag kunnen. Op basis van onverklaarbare afwijkingen ontstaat een beter beeld uit praktijk, wat eerder vaak ontbrak. Partijen zijn daardoor beter in staat hun beperkte capaciteit gerichter in te zetten”
Voorbeelden van veel gebruikte data zijn demografische gegevens uit de BRP en BAG, inkomensgegevens van Belastingdienst en UWV, schulden (CAK, CJIB, Belastingdienst), verdachtengegevens (Politie) en veroordelingen (OM) en opleidingen (DUO).
“We zijn bezig met aantal verkenningen om een dashboard ook toe te passen op andere vraagstukken, zoals schulden, digitale criminaliteit en zorg.”
Ondermijning op vakantieparken
Een van de toepassingen van de Zicht op-methode is te vinden bij het project Vitale Vakantieparken Drenthe. Dam: “Twee jaar geleden kregen we de vraag wat er allemaal plaatsvindt op de parken. Dat zijn we gaan uitwerken in een apart dashboard.” Margriet Wiering gebruikt het dashboard vanuit het project. “Ik hou me bezig met zaken als sociale problemen, ondermijning, permanente bewoning op vakantieparken. Gemeenten weten vaak niet hoe ze deze moeten aanpakken. Ik gebruik het dashboard om bewustzijn te creëren zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau. Heb je cijfers, dan kan je bewijzen dat we met vakantieparken bezig moeten gaan.” Volgens Wiering helpt het Drentse gemeenten om focus aan te brengen in hun werk. Ze hebben een beperkte capaciteit en een enorm buitengebied. Zo is er bijvoorbeeld een relatief kleine gemeente die meer dan 60 vakantieparken heeft.. Dankzij het dashboard kunnen ze de focus kiezen. Gemeentelijke data zoals uitkeringen en schooluitval etc kan je naast de informatie en cijfers van het dashboard leggen om op die manier goede analyses te kunnen maken waarop je vervolgens een prioritering en focus in je aanpak kunt organiseren.. “We krijgen vragen uit andere provincies. Daarom kijken we of we op termijn een landelijk team hierop kunnen opzetten”.
De Datavoorziening Onregelmatigheden Op de Kaart (DOOK), zoals door de VNG ontwikkeld en toegelicht, gaat nog verder, stelt Paul Suijkerbuijk, adviseur data bij VNG Realisatie. “DOOK is een voorziening die doorgaat waar Zicht op Ondermijning stopt; op basis van een indicatie vanuit Zicht op Ondermijning kan een gemeente ook echt optreden met behulp van de data die via DOOK beschikbaar wordt gesteld. Je kijkt bijvoorbeeld naar inschrijvingen van ondernemers bij de KvK op een vakantiepark. Dan handhaaf je veel gerichter op het vakantiepark. Dan zit je er nog dichter bovenop.”
VIVET
VIVET gaat om het samenbrengen van vraag en aanbod bij datavraagstukken in de energietransitie, vertelt Frank van der Harst van de Directie Strategie Energiesysteem van het ministerie van EZK. VIVET bestaat sinds 2019 en we gaan in ieder geval door tot en met 2025. Het bestaat aan de ene kant uit datavragende organisaties (de gebruikers) en aan de andere kant uit databeherende organisaties (de aanbodkant). De eerste groep is vertegenwoordigd door VNG voor de gemeenten, IPO voor de provincies en verder PBL, NP RES, NPLW en de ministeries EZK en BZK. De aanbodkant is vertegenwoordigd door CBS, Kadaster, RVO, Netbeheer Nederland en RIVM. VIVET werkt zo aan het wegnemen van datalacunes voor verbetering van datadelen en ontsluiten. Daarnaast is het netwerk dat met VIVET is ontstaan ook een belangrijk product, stelt Van der Harst. “VIVET zorgt ervoor dat al die verschillende organisaties periodiek contact hebben met elkaar over de informatievoorziening in de energietransitie. Dit zorgt voor korte lijntjes en goede contacten om vraagstukken snel en goed op te pakken, binnen ons programma, maar ook daarbuiten. Door dit netwerk en de kennis van elkaars werk kunnen we vraagstukken sneller en effectiever oppakken.” EZK wil bijvoorbeeld meer inzicht hebben in zonnepanelen. Binnen VIVET zijn er drie partijen die hier kennis en data over hebben, Kadaster, CBS en RVO. Alle drie hebben net vanuit een andere expertise. “Door deze kennis te bundelen kunnen we tot een beter informatieproduct komen.”
Energietransitie
Een van de partijen die gebruik maakt van VIVET is het Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES). Het programma ondersteunt regio’s onder andere op het gebied van data (analyses, rekenmethodieken etc). “Het werd snel duidelijk dat de regio's hun voortgang op dertig verschillende manieren berekenden”, vertelde Rijk van Voskuilen (NP RES). “Dit werkt verwarring in de hand bij monitoring. Daarom hebben we samen met de regio's en VIVET partners een begrippenkader RES opgesteld. Hiermee brengen we lokale methoden en landelijke data met elkaar in harmonie. Dankzij VIVET komen partijen veel sneller bij elkaar door het netwerk.”
Methoden hergebruiken
Is de manier waarop VIVET georganiseerd is herbruikbaar voor andere opgaven? IBDS zoekt het uit aan de hand van de datavraagstukken binnen de woningopgave.
In aanvulling op de Zicht op-methode en VIVET gaf Ruben Dood (CBS) inzicht in diverse dataprojecten waarin het CBS samen met andere overheden heeft samengewerkt. Kern van zijn betoog is dat je de hele cyclus van Beleid-Uitvoering-Monitoring-Kennis dient af te dekken voor een goede informatievoorziening. Hou dus vanaf de start rekening met die verschillende fases en zorg dat de interbestuurlijke samenwerking dermate is dat data door verschillende partijen in verschillende fasen gebruikt kan worden. Door via de IBDS toe te werken aan generieke methoden wordt hulp geboden aan overheden om hier goed mee om te gaan.
Kenniscentrum
Hierna vertelt Lucien Vermeer (Realisatie IBDS) hoe we de methoden of delen daarvan kunnen ontsluiten voor andere maatschappelijke opgaven. “Daar ligt een belangrijke rol voor het Kenniscentrum van de IBDS om kennis rondom verantwoord datagebruik te versterken. Inmiddels is al een aantal kennisproducten ontsloten en in 2024 bereiden we de set van kennisproducten uit, onder andere via de Zicht op-methode en VIVET. Daarmee bieden we steeds meer handelingsperspectief voor de overheid”
Afsluiting
Sylvia Kuilboer, verantwoordelijk voor het programma Realisatie IBDS aan ICTU-zijde, sloot af: “Er zijn veel aanknopingspunten en verbindingen genoemd om met elkaar verantwoord datagebruik verder te brengen”.
Meer weten?
Meer informatie over gebruik van data binnen maatschappelijke opgaven is te vinden op de website Realisatie IBDS.