Tekst Pieter Verbeek

De tijd van vrijblijvendheid is voorbij als het gaat om datagebruik binnen de overheid. Waar de afgelopen jaren in het teken stonden van visievorming en ontwikkeling, is nu het moment aangebroken om niet-vrijblijvende afspraken en standaarden met elkaar te maken. “We hebben met z’n allen gezegd dat we dezelfde kant op willen. Dan moeten we dat nu ook gaan doen.”

De Interbestuurlijke Datastrategie (IBDS) helpt daarbij door te faciliteren, ondersteunen en aan te jagen . Aldus programmamanager/opdrachtgever van de Interbestuurlijke Datastrategie (IBDS) Tim Faber (ministerie van BZK), die we voor de 10de editie van IBDS Magazine spraken. “Veel overheden hebben al flinke stappen hebben gezet, maar het komt nu aan op gezamenlijkheid en uniformiteit. Organisaties hebben soms hun eigen systemen goed op orde, maar voor interoperabiliteit zullen we meer moeten standaardiseren. Dan werkt ‘ieder voor zich’ simpelweg niet meer.

Tegelijk erkent de IBDS de grote verschillen die er zijn tussen overheden, of het nu gaat om schaal, volwassenheid of om tempo. Zo positioneert bijvoorbeeld de gemeente Hilversum zichzelf als een ‘slimme volger’, zegt Faber. “Zij hebben niet de capaciteit van een grote stad als Amsterdam om alles zelf te ontwikkelen. Door gebruik te maken van wat anderen al hebben bedacht, kunnen zij toch meters maken met minder capaciteit.” Dat verschil vraagt om maatwerk en begrip voor elkaars tempo.

"Het komt nu aan op gezamenlijkheid en uniformiteit. Voor interoperabiliteit moeten we standaardiseren."

Spannende fase

De fase waarin we nu zijn beland, is een spannende fase. “We komen uit een periode waarin iedereen meedacht, maar nu moeten mensen echt gaan meedoén. En dat vraagt tijd, energie en ruimte, wat op gespannen voet staat met alle andere veranderopgaven in organisaties.” Het is volgens Faber dan ook essentieel om aan te sluiten bij de context van verschillende doelgroepen. “Als je het hebt over de 600 overheden die we bedienen, is die variatie enorm.”

Naast contextverschillen speelt ook de actualiteit een grote rol. De geopolitieke context, zoals de afhankelijkheid van Amerikaanse cloudproviders, maakt dat overheden zich bewust moeten worden van de risico’s die daaraan kleven. Faber noemt het voorbeeld van ransomware-aanvallen op ziekenhuizen. “We hebben het over digitale kwesties, maar die hebben directe fysieke gevolgen. Het kan zelfs levens kosten als de digitale zaken niet op orde zijn.”

Gegevenshuishouding op orde

Hoe krijg je dan al die honderden overheidsorganisaties in beweging? Het antwoord begint bij een goede gegevenshuishouding. Organisaties moeten weten welke gegevens ze bezitten, waar die vandaan komen, waar ze staan opgeslagen en met wie ze gedeeld worden. IBDS ondersteunt hen daarbij met standaarden, die helpen om gegevens op een uniforme manier te beschrijven. “Zo kunnen we gegevens over organisaties heen inzichtelijk maken en beschikbaar stellen voor maatschappelijke opgaven,” stelt Faber.

"Zelfs met een demissionair kabinet is het signaal vanuit overheden duidelijk: dóórgaan."

Een ander belangrijk punt is de interbestuurlijke samenwerking, waar iedereen het in theorie mee eens is maar in de praktijk achterblijft. “Als ik eerlijk ben, zie ik dat veel mensen en organisaties vooral hun eigen ding doen en wel afstemmen, maar dat is nog niet echt samen doén” meent Faber.

De Nederlandse Digitaliseringsstrategie (NDS) moet daarin als versneller gaan fungeren. Volgens Faber bevat de NDS veel van dezelfde principes als het IBDS – standaardisatie, uniformering en centrale ondersteuning. “Het helpt dat de staatssecretaris de NDS overheidsbreed tot stand heeft gebracht, waardoor het een gezamenlijke ambitie is geworden met veel animo is om door te pakken. Zelfs met een demissionair kabinet is het signaal vanuit overheden duidelijk: dóórgaan.”

Opschaling vraagt een nieuwe manier van werken. “Als je iets doet voor 10 organisaties is dat echt iets anders dan voor 600. En achter die organisaties zitten talloze ambtenaren.” Dat vraagt om ondersteuningsvormen die schaalbaar zijn, maar ook om standaardisatie. “Wij implementeren niet zelf, wij ondersteunen de implementatie. Maar dan moeten we wel constructen hebben die dat op schaal mogelijk maken.”

De komende tijd zal dus in het teken staan van afspraken maken, commitment tonen en samenwerking verdiepen.

IBDS roept op tot actie. Niet morgen, maar vandaag. Want in een wereld waarin data de basis vormt van beleid, uitvoering en vertrouwen, is uitstel simpelweg geen optie.